Alkestis (Euripides)

Euripides

Alkestis (Oudgrieks: Ἄλκηστις, Latijn: Alcestis) is een toneelwerk van de Griekse tragediedichter Euripides. Het stuk werd voor het eerst opgevoerd in 438 v.Chr., en is daarmee het vroegste ons bekende toneelwerk van Euripides. Alkestis was het laatste deel van een tetralogie, een plaats die normaliter voor satyrspelen was gereserveerd. Ondanks deze plaatsing en ondanks enkele "komische" passages, zoals de dronkenschap van Herakles, moet Alkestis veeleer als een tragedie worden beschouwd. Het behaalde een tweede prijs bij de Dionysia. Het Alkestis-gegeven is in later eeuwen vele malen opnieuw gebruikt, onder anderen door Christoph Willibald Gluck, Georg Friedrich Händel, Jean-Baptiste Lully, Maurice Valency, Erwin Wickert en Marguerite Yourcenar

Alkestis
Attische tragedie
Alkestis en Admetos op een muurschildering in Pompeï (Huis van de Tragediedichter)
Alkestis en Admetos op een muurschildering in Pompeï (Huis van de Tragediedichter)
Auteur Euripides
Originele titel Ἄλκηστις, Alcestis
Originele taal Oudgrieks
Eerste opvoering 438 v.Chr.
Bekroning Dionysia (2e plaats)
Personen

Samenvatting

bewerken

De nobele (of eerzuchtige?) Alkestis geeft haar eigen leven om dat van haar man Admetos te redden. Herakles, die toevallig langskomt (en eerst de tijd neemt om uitgebreid te gaan tafelen en dronken wordt, dit echter omdat hij in eerste instantie niet wist dat zijn vriend Admetos om de dood van zijn vrouw rouwde (Dit had Admetos hem niet verteld, hij komt er echter achter via een dienaar)), zal Alkestis met geweld uit de Onderwereld terughalen. Hij geeft haar terug aan Admetos, maar stelt eerst diens huwelijkstrouw (met dubieus succes) op de proef. Alkestis mag, nadat Herakles de Dood (Thanatos) heeft overwonnen en haar daarmee weer tot leven heeft gewekt, drie dagen niet eten of spreken.[1]

Nederlandse vertalingen

bewerken
  • 1694 - Admetus, en Alcestis - P. Nuyts
  • 1819 – Alcestis – Samuel Iperusz. Wiselius (bewerking)
  • 1864 – Alcestis – S.J.E. Rau
  • 1918 – Alkestis – C. Deknatel
  • 1920 – AlkestisWillem Kloos
  • 1922 – Alkestis – J. Berlage
  • 1943 – Alkestis – J.M. van Buytenen
  • 1946 – Alcestis – Eric van der Steen
  • 1955 – Alcestis – Emiel De Waele
  • 1967 – Alcestis – L.J. Elferink
  • 1988 – AlkestisGerard Koolschijn
  • 2003 – AlcestisWilly Courteaux
  • 2006 – AlcestisBernard Dewulf (in de bewerking van Ted Hughes)
  • 2018 – AlkestisJohan Boonen