Allard (geslacht)
Het geslacht Allard was vanaf de 19e eeuw een Belgische familie van goudsmeden, muntmeesters, bankiers en zakenlui. Een tak van de familie werd in de adelstand verheven in 1929.
Geschiedenis
bewerkenDe bewezen stamreeks begint met Antoine Allard (†1757) die trouwde op 9 november 1722 met Jeanne-Marie Delforge, tevens eerste vermelding inzake dit geslacht. In latere generaties werden telgen bankier. Een nazaat werd in 1929 in de Belgische adel opgenomen met de titel van baron, overgaand bij eerstgeboorte. Hij is de stamvader van de adellijke tak waarvan anno 2017 alle leden in Frankrijk woonachtig zijn.
In 2017 leefden er nog drie mannelijke adellijke telgen: de chef de famille, zijn broer en een toen ongehuwde zoon van de laatste die in 1986 is geboren.
Enkele telgen
bewerkenAntoine Allard (†1757), kleermaker wonende te Waver
- Martinus Allart (1728-), poorter van Brussel op 29 mei 1752, meester-schoenmaker,[1] deken van het schoenmakers- en leertouwersambacht van Brussel in 1788.
- Petrus Franciscus Allaer of Allard (1730-1813), poorter van Brussel op 18 februari 1755, schoenmaker, deken van het schoenmakers- en leertouwersambacht in 1783, en dan bode bij het stadhuis van Brussel.
- Martinus Allard (1771-1844), schoenmaker[2]
- Joseph-Gustave Allard (1803-1869), advocaat van de departementen van Financies en Openbare Werken
- Alfred Allard (1838-1898), advocaat en gemeenteraadslid van Brussel
- Ghislaine Allard (1864-1950); trouwde in 1883 in Brussel met Paul De Mot (1865-1934), advocaat, zoon van Emile De Mot, advocaat, burgemeester van Brussel, volksvertegenwoordiger en senator
- Ernest Allard (1840-1878), advocaat, schepen van Brussel en volksvertegenwoordiger
- Isabelle Allard (1842-1906); trouwde in 1862 met Edmond Hanssens, industrieel, volksvertegenwoordiger en burgemeester van Vilvoorde, zoon van Benoît Hanssens, industrieel, senator en burgemeester van Vilvoorde
- Alfred Allard (1838-1898), advocaat en gemeenteraadslid van Brussel
- Joseph Allard (1805-1877), goudsmid, muntmeester en bankier
- Alphonse Allard (1831-1900), bankier en directeur van de Munt
- Marie-Louise Allard (1865-1939), vicevoorzitster van het Rode Kruis tijdens de Eerste Wereldoorlog
- Victor Allard (1840-1912), bankier, senator en vicegouverneur van de Nationale Bank van België; trouwde in 1865 met Emma Faignart (1845-1871), dochter van Louis Faignart, bankier, industrieel, gemeenteraadslid van Saint-Vaast, provincieraadslid van Henegouwen en volksvertegenwoordiger; na haar overlijden trouwde hij in 1874 in Brussel met Marguerite Wittouck (1853-1927), dochter van Félix-Guillaume Wittouck, industrieel en burgemeester van Sint-Pieters-Leeuw
- Suzanne Allard (1866-1896); trouwde in 1889 met graaf Guillaume van der Straten Ponthoz (1854-1912), kolonel-commandant en vleugeladjudant van de koning, zoon van graaf Ignace van der Straten Ponthoz, generaal-majoor en vleugeladjudant van de koning
- Josse baron Allard (1868-1931), bankier en filantroop, in 1929 verheven in de Belgische adel; trouwde in 1901 met Marie-Antoinette Calley Saint-Paul de Sinçay (1881-1977), dochter van Adrien-Gaston Calley Saint-Paul de Sinçay, industrieel
- Antoine baron Allard (1907-1981), bankier en stichter en voorzitter van Oxfam België
- Olivier baron Allard (1910-1981), kunstverzamelaar en vermogensbeheerder
- Guy baron Allard (1938), chef de famille van de adellijke tak
- Étienne Allard (1882-1945)
- Maud Allard (1922-1965); trouwde in 1944 met baron John Bonaert (1916-1965), zoon van baron Franz Bonaert, advocaat en burgemeester van Foy-Notre-Dame
- Étienne Allard (1935-2019), secretaris-generaal van de Fédération Équestre Internationale
- Marthe Allard (1884-1970); trouwde in 1912 met Robert de Lesseps (1882-1916), pionier van het vliegwezen, zoon van Ferdinand de Lesseps, Frans diplomaat, ingenieur en financier
- Alphonse Allard (1831-1900), bankier en directeur van de Munt
- Joseph-Gustave Allard (1803-1869), advocaat van de departementen van Financies en Openbare Werken
- Martinus Allard (1771-1844), schoenmaker[2]
Adellijke allianties
bewerken- De Lalaing (1922), Van der Noot (1926), Casana (1956, Italiaanse adel), De Grailly (1969, Franse adel)
Galerij
bewerken-
Joseph-Gustave Allard (1803-1869) door Gustaaf Wappers
-
Joseph Allard (1805-1877), medaille
-
Hortense Dansaert (1811-1886) door Louis Gallait
-
Clémence Allard (1839-1909) door Alfred Stevens
-
Victor Allard (1840-1912)
-
Josse baron Allard (1868-1931), gedenkpenning
-
Antoine baron Allard (1907-1981)
-
Olivier Allard (1910-1981)
-
Marguerite Ozil (1916-1988)
Literatuur
bewerken- Oscar Coomans de Brachène, Tables ascendantes ou quartiers généalogiques des familles de la noblesse belge, Ninove, Anneessens, 1947, vol. 1, 84.
- A. Vander Linden, 'Ernest Allard', in Biographie national, vol. 29, Brussel, Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, 1956, 55-57.
- M. Martens, 'Alfred Allard', in Biographie national, vol. 30, Brussel, Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, 1958, 35-36.
- G. Verlinde, 'Josse Allard', in: Biographie nationale, vol. 30, Brussel, Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, 1958, 36.
- P. Kauch, 'Victor Allard', in: Biographie nationale, vol. 30, Brussel, Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, 1958, 37-38.
- Jos De Belder, 'De sociale oorsprong van de Brusselse gegoede burgerij van 1914', in : Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis 4, 1973, 400-405.
- État présent de la noblesse belge, Annuaire 1984, 61-62.
- Paul Janssens en Luc Duerloo, Armorial de la noblesse belge, vol. A-E, Brussel, Crédit communal, 1992, 127-128.
- Éric Meuwissen, Richesse oblige. La Belle Époque des Grandes Fortunes, Brussel, Racine, 1999.
- Xavier Duquenne, L'avenue Louise à Bruxelles, Brussel, Hayez, 2007, 118, 121, 122, 128, 147, 177, 178, 183, 185.
- État présent de la noblesse belge, Annuaire 2003, 37-38.
- Jean-François Houtart, Anciennes familles de Belgique, Brussel, Association royale office généalogique et héraldique de Belgique, 2008, 523.
- État présent de la noblesse belge, Annuaire 2017, 41-42.
- Noten
- ↑ Xavier Duquenne, L'avenue Louise à Bruxelles, Brussel, 2007, nota 528, blz. 246 : "La famille a été anoblie avec titre de baron en 1929. Dans la haute société, même parfois après 1970, on ne manquait pas de rappeler l'activité des Allard dans la fabrication et le commerce de la chaussure ; on chuchotait, entre autres, qu'après leur avoir si longtemps tendu le pied, on peut bien leur tendre la main. À Bruxelles, l'industrie de la chaussure était pratiquée vers 1775 par Pierre François Allard (A.E.R.B., E.B., registres, 92, au 12 octobre 1772 ; cartons, 511, soumission agréée le 15 décembre 1778) ; en 1870, le chausseur Watrigant, fabricant et détaillant à la Montagne de la Cour, 73, était successeur de la maison Allard de la rue des Fripiers (Almanach du commerce et de l'industrie, années 1851, 1862 et 1871. Au reste, l'ascension des Allard dans la fabrication monétaire et la finance prit appui sur leur activité en orfèvrerie".
- ↑ Antoine Massin, Bruxelles. Qui est Qui en 1812. D'après les registres du recensement de la population de la Mairie de Bruxelles, Brussel, 1997, I, blz. 6-7 : "ALLARD Pierre Joseph (sic) - Agé de 82 ans - Epoux BUSIAU Louise Josèphe - Messager à la Mairie - Domicilié Sextion 7 - Rue des Sols 1267 - Né à Wavre - Réside à Bruxelles depuis 1745" ; en tome I, blz. 6 : "ALLARD Martin - Agé de 39 ans - Epoux SMEESTERS Françoise - Cordonnier - Domicilié Section 5 - Marché-aux-Tripes 1127 - Né à Bruxelles - 4 garçons".