Bijlmermeer (gemeente)
Bijlmermeer was een ambachtsheerlijkheid ten zuidoosten van Amsterdam die ontstond nadat het oorspronkelijke meer, het Bijlmermeer, in de zeventiende eeuw werd drooggemaakt.
Voormalige gemeente in Nederland | |||
---|---|---|---|
(Details) | |||
Situering | |||
Land | Nederland | ||
Provincie | Noord-Holland | ||
Gemeente | Amsterdam | ||
Algemeen | |||
Inwoners | ca. 100 | ||
Overig | |||
CBS-wijkindeling | zie wijken en buurten | ||
Amsterdamse code | 11272 | ||
Voormalige gemeente | 1817 - 1846 | ||
Opgegaan in | Weesperkarspel | ||
|
Na de Franse tijd werd het een zelfstandige gemeente waartoe ook de Oost Bijlmerpolder, West Bijlmerpolder en de Bijlmerbroek behoorden. Aan het zandpad van Weesp naar Amsterdam lag in het oosten het gehucht de Bijlmer. Alhoewel de gemeente nauwelijks inwoners kende, de Bijlmermeer had nog geen 100 inwoners, had de gemeente een eigen onderkomen nabij het Weesper tolhek, een klein vierkant gebouwtje met een torentje dat diende als rechthuis.[1]
Op 20 december 1846 ging de gemeente bij koninklijk besluit op in Weesperkarspel.
In 1960 stelde de minister van Binnenlandse Zaken Edzo Toxopeus voor om Diemen en Ouder-Amstel samen te voegen met de Bijlmermeer tot gemeente Bijlmermeer. Diemen wilde Ouder-Amstel er echter niet bij hebben en ook Ouder Amstel wilde ook liever zelfstandig blijven. Het voorstel heeft het daarom niet gehaald. Na de Bijlmerkwestie werd uiteindelijk op 1 augustus 1966 het vroegere grondgebied van de Bijlmermeer door Amsterdam geannexeerd en op 13 december 1966 begon de bouw van de nieuwbouwwijk Bijlmermeer (Stadsdeel Amsterdam-Zuidoost).
Zie ook
bewerken- ↑ In de dorpen was vóór de 19e eeuw doorgaans geen sprake van een raadhuis, zoals in de steden. Dit hing samen met de wijze van bestuur, die voor stad en platteland verschillend was. Wél kende men in de dorpen dikwijls een rechthuis, waarin ook schout en schepenen vergaderden. Ridders in de Bijlmer, Evert van Voskuilen, 2014 Van Aalst Printmanagement ISBN 978-90-902868-5-3