Christiane van Erbach
Gravin Christiane van Erbach[noot 1] (5 juni 1596[1][2][3][4] – Culemborg, 6 juli 1646[1][noot 2][2][3][4]), Duits: Christiane Gräfin zu Erbach, was een gravin uit het Huis Erbach en door huwelijk gravin van Nassau-Siegen.
Christiane van Erbach | ||
---|---|---|
1596–1646 | ||
Geboren | 5 juni 1596 | |
Overleden | 6 juli 1646 Culemborg | |
Vader | George III van Erbach | |
Moeder | Maria van Barby en Mühlingen | |
Dynastie | Huis Erbach | |
Broers/zussen | Dorothea, Frederik Christiaan, George Albrecht I, Elisabeth Juliana, Louise Juliana | |
Partner | Willem van Nassau-Siegen | |
Kinderen | Johan Willem, Maurits Frederik, Maria Magdalena, Ernestina Juliana, Elisabeth Charlotte, Hollandina, Wilhelmina Christina | |
Het wapen van de graven van Erbach |
Biografie
bewerkenChristiane werd op 5 juni 1596 geboren als dochter van graaf George III van Erbach en gravin Maria van Barby en Mühlingen.[1][2][3][4] Ze huwde op Slot Siegen[6] op 17 januari 1619[1][noot 3] met graaf Willem van Nassau-Siegen (Dillenburg, 13 augustus 1592[1][noot 4] – Orsoy, 7/17 juli 1642[1][noot 5]), de vijfde zoon van graaf Johan VII ‘de Middelste’ van Nassau-Siegen en diens eerste echtgenote, gravin Magdalena van Waldeck-Wildungen.[1][2][3][7] Christiane's oudere halfbroer van moederszijde, Christiaan van Waldeck-Wildungen, was in in november 1604 gehuwd met Elisabeth van Nassau-Siegen, de oudste zuster van Willem.[8]
Na het aflopen van het Twaalfjarig Bestand in 1621 nam Willem dienst in het Staatse leger,[2][9][10] waar hij op 24 juli 1622 werd benoemd tot kolonel der infanterie.[2] In 1625 werd hij gouverneur van Emmerik[2] en van 1626 tot 1637 was hij gouverneur van Heusden.[2][3][9] Willem nam deel aan het Beleg van ’s-Hertogenbosch[11] en het Beleg van Maastricht.[12] In april 1633 werd hij benoemd tot veldmaarschalk als opvolger van graaf Ernst Casimir van Nassau-Diez.[13]
Op 13/23 januari 1624 stond Johan VIII ‘de Jongere’ vrijwillig de soevereiniteit over het ambt Hilchenbach met de Burcht Ginsburg en enkele plaatsen die tot de ambten Ferndorf en Netphen behoorden, aan Willem af.[14][15] Voortaan had het graafschap Nassau-Siegen, tot 1645, twee regeringen, de ene in Siegen, de andere in Hilchenbach. Voor een korte periode (1632–1635) onderging deze situatie echter een tijdelijke verandering: tijdens de Dertigjarige Oorlog kwamen zijn broers, die aan protestantse zijde vochten, in opstand tegen Johan ‘de Jongere’.[14] Gravin-weduwe Margaretha wendde zich door bemiddeling van graaf Lodewijk Hendrik van Nassau-Dillenburg tot koning Gustaaf II Adolf van Zweden en vroeg om hulp tegen de machinaties van haar stiefzoon Johan ‘de Jongere’. Bijgevolg zond de Zweedse koning op 14 februari 1632 vanuit Frankfurt een bevel aan Lodewijk Hendrik om zijn verwant Johan Maurits militaire steun te verlenen. Lodewijk Hendrik bezette toen de stad Siegen met zijn regiment bestaande uit Nederlandse en Zweedse soldaten. Een dag later, op 29 februari, arriveerden Johan Maurits en zijn broer Hendrik in Siegen. Op 4 maart, na lange en moeizame onderhandelingen, huldigden de burgers Johan Maurits en Hendrik.[16] Johan Maurits verkreeg voor zichzelf niet alleen het ambt Freudenberg, dat zijn vader in het testament van 1621 voor hem bestemd had, maar ook Netphen, dat in hetzelfde testament voor Johan ‘de Jongere’ bestemd was. Willem werd niet alleen bevestigd in het bezit van Hilchenbach, maar kreeg ook Ferndorf en Krombach, zoals het testament van zijn vader had bepaald. De stad Siegen bracht alleen hulde aan Willem en Johan Maurits, die pas in 1635 hun oudere broer Johan ‘de Jongere’ weer tot de mede-soevereiniteit toelieten. Deze herstelde echter spoedig de oude orde: in 1636 werd hij opnieuw de enige eigenaar van de bezittingen van zijn vader, met uitzondering van Hilchenbach, dat hij aan Willem liet, en bestuurde hij de stad Siegen weer alleen. Johan Maurits werd opnieuw uitgesloten van de soevereiniteit over het graafschap.[14]
In 1637 werd Willem gouverneur van Sluis[2][3] en nam hij deel aan het Beleg van Breda.[10] Bij de Slag bij Calloo op 17 juni leed hij een nederlaag en verloor 2000 man, waaronder zijn zoon Maurits Frederik.[9][10][17][18] Tijdens het Beleg van Gennep in 1641 kreeg Willem een musketschot in de buik, waaraan hij later bezweek.[3] Hij overleed op 7/17 juli 1642 in Orsoy en werd op 24 juli 1642 begraven in Heusden.[2] Hij liet zijn deel van het graafschap Nassau-Siegen na aan zijn halfbroer Johan Maurits.[19][20]
Graaf Willem Frederik van Nassau-Diez, de stadhouder van Friesland, noteerde in juni 1645 in zijn dagboek dat Christianes jongste dochter, de zestienjarige Wilhelmina Christina, de favoriete vriendin was van prins Willem II van Oranje, ‘die hij zoo dicwils custe als hij woude, alleen sijnde, en de borstjes tastede’. Willem II had Wilhelmina Christina wel moeten beloven ‘sich deechlijck te hauden’, maar het gevolg van deze intimiteit was dat Christiane niet wou hebben dat haar dochter alleen bij prins Willem was, ‘doch dat sie het allebeide sochten’.[21] Als Christiane binnenkwam ‘maeckte prins Wilhelm den slaepert’.[22]
Christiane overleed op 6 juli 1646 in Culemborg. Ze werd begraven in Heusden.[2]
Kinderen
bewerkenUit het huwelijk van Christiane en Willem werden de volgende kinderen geboren:[4][23][24][25]
- Johan Willem (Slot Siegen, 28 oktober 1619[noot 6] – aldaar, 25 augustus 1623Jul.[noot 7]).
- Maurits Frederik (Slot Siegen, 19 januari 1621[noot 8] – Calloo, 17 juni 1638), was kapitein in het Staatse leger, gesneuveld in de Slag bij Calloo.
- Maria Magdalena (Slot Siegen, 21 oktober 1622[noot 9] – Spa, 20/30 augustus 1647[noot 10]), huwde in Culemborg op 25 augustus 1639 met graaf Filips Theodoor van Waldeck-Eisenberg (2 november 1614 – Korbach, 7 december 1645).
- Ernestina Juliana (Siegen, 17/27 juli 1624 – Heusden, 9 juli 1634).[noot 11]
- Elisabeth Charlotte (Emmerik, 11 maart 1626[noot 12] – Culemborg, 16 november 1694Jul.[noot 13]), huwde in Culemborg op 29 november/9 december 1643[noot 14] met vorst George Frederik van Waldeck-Eisenberg (Arolsen, 31 januari 1620Jul. – aldaar, 9 november 1692Jul.).
- Hollandina (Heusden, 2 maart 1628[noot 15] – aldaar, 14 oktober 1629[noot 16]).
- Wilhelmina Christina (1629[noot 17] – Hildburghausen, 22 januari 1700[noot 18]), huwde op Slot Arolsen op 26 januari 1660[noot 19] met graaf Josias II van Waldeck-Wildungen (Wildungen, 31 juli 1636 – Kandia, 8 augustus 1669).
Een van de dochters uit dit huwelijk was verloofd met graaf Crato van Nassau-Saarbrücken.[30]
-
Gravin Maria Magdalena van Nassau-Siegen (1622-1647).
-
Gravin Wilhelmina Christina van Nassau-Siegen (1629-1700).
Voorouders
bewerkenExterne links
bewerken- (en) Nassau op: Medieval Lands. A prosopography of medieval European noble and royal families, compiled by Charles Cawley.
- (en) Nassau Part 5 op: An Online Gotha, by Paul Theroff.
- (nl) Aa, A.J. van der, ʻWillem graaf van Nassauʼ in: Biographisch Woordenboek der Nederlanden, bevattende levensbeschrijvingen van zoodanige personen, die zich op eenigerlei wijze in ons vaderland hebben vermaard gemaakt. Twintigste deel, J.J. van Brederode, Haarlem (1877), p. 269-270.
- (de) Aßmann, Helmut, Menk, Friedhelm (1996). Auf den Spuren von Nassau und Oranien in Siegen. Gesellschaft für Stadtmarketing Siegen e.V., Siegen.
- (nl) Blok, P.J., ʻWillem, Wilhelmʼ in: Molhuysen, P.C. en Blok, P.J. (redactie), Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek. Eerste deel, A.W. Sijthoff, Leiden (1911), p. 1572.
- (de) Dek, A.W.E. (1962). Graf Johann der Mittlere von Nassau-Siegen und seine 25 Kinder. Krips Repro, Rijswijk.
- Dek, A.W.E. (1968). De afstammelingen van Juliana van Stolberg tot aan het jaar van de Vrede van Münster. Spiegel der Historie. Maandblad voor de geschiedenis der Nederlanden 1968 (7/8): 288-303
- Dek, A.W.E. (1970). Genealogie van het Vorstenhuis Nassau. Europese Bibliotheek, Zaltbommel.
- (de) Haarmann, Torsten (2014). Das Haus Waldeck und Pyrmont. Mehr als 900 Jahre Gesamtgeschichte mit Stammfolge, Deutsche Fürstenhäuser Heft 35. Börde-Verlag, Werl. ISBN 978‑3‑981‑4458‑2‑4.
- (de) Hoffmeister, Jacob Christoph Carl (1883). Historisch-genealogisches Handbuch über alle Grafen und Fürsten von Waldeck und Pyrmont seit 1228. Verlag Gustav Klaunig, Cassel. Gearchiveerd op 26 maart 2023.
- (fr) Huberty, Michel, Giraud, Alain; Magdelaine, F. & B. (1981). l’Allemagne Dynastique. Tome III: Brunswick-Nassau-Schwarzbourg. Alain Giraud, Le Perreux.
- (fr) Huberty, Michel, Giraud, Alain; Magdelaine, F. & B. (1987). l’Allemagne Dynastique. Tome V: Hohenzollern-Waldeck-Familles alliées A-B. Alain Giraud, Le Perreux-sur-Marne.
- (nl) Koenhein, A.J.M.; Heniger, J., ʻJohan Wolfert van Brederode 1599-1655 – ʻIn Opbloey neergetoghenʼʼ in: Koenhein, A.J.M. e.a. (red.), Johan Wolfert van Brederode 1599-1655. Een Hollands edelman tussen Nassau en Oranje, Historische Vereniging Het Land van Brederode, Vianen/Uitgeversmaatschappij Walburg Pers, Zutphen (1999), p. 9-46. ISBN 90‑5730‑034‑6.
- Kooijmans, Luuc (2000). Liefde in opdracht. Het hofleven van Willem Frederik van Nassau. Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam. ISBN 90‑351‑2201‑1.
- (de) Leiss, Albert, ʻDie gräflich und fürstlich waldeckischen Begräbnisstätten zu Corbachʼ in: Geschichtsblätter für Waldeck und Pyrmont, Band XXV (1928), p. 98-114.
- (de) Lück, Alfred (1981). Siegerland und Nederland, 2. Auflage. Siegerländer Heimatverein e.V., Siegen [1967].
- (de) Menk, Friedhelm, ʻWilhelm Graf zu Nassau-Siegen (1592–1642)ʼ in: Siegerland, Band XLIV, Heft 2, Siegen (1967), p. 53-59.
- (de) Menk, Friedhelm (1971). Quellen zur Geschichte des Siegerlandes im niederländischen königlichen Hausarchiv. Stadt Siegen/Forschungsstelle Siegerland, Siegen.
- (de) Menk, Friedhelm, ʻJohann Moritz Fürst zu Nassau-Siegenʼ in: Siegerland, Band LVI, Heft 1-2, Siegen (1979), p. 1 e.v.
- (de) Menk, Gerhard (1992). Georg Friedrich von Waldeck 1620–1692. Eine biographische Skizze. Waldeckische Historische Hefte Band 3. Waldeckischer Geschichtsverein e.V., Arolsen. ISBN 3‑9802226‑5‑9.
- (de) Muller, P.L., ʻWilhelm (Graf von Nassau-Siegen und Dillenburg)ʼ in: Allgemeine Deutsche Biographie. Band 43, Duncker & Humblot, Leipzig (1898), p. 133.
- Poelhekke, J.J. (1978). Frederik Hendrik, Prins van Oranje. Een biografisch drieluik. De Walburg Pers, Zutphen. ISBN 90‑6011‑443‑4. Gearchiveerd op 25 april 2022.
- Vorsterman van Oyen, A.A. (1882). Het vorstenhuis Oranje-Nassau. Van de vroegste tijden tot heden. A.W. Sijthoff en J.L. Beijers, Leiden en Utrecht.
Voetnoten
- ↑ In enkele Nederlandse bronnen wordt ze Christina genoemd.
- ↑ “Zie Dek (1962). Anderzijds geeft haar dochter Maria Magdalena vanuit Culemborg op 9‑7‑1646 kennis dat het overlijden plaatsvond «auf den 1 huius des Vormittags um zehn Uhr».”[5]
- ↑ “Het huwelijk zou hebben plaatsgevonden op 20‑8‑1616, volgens Europäische Stammtafeln. Dek (1970) zit dichter bij de waarheid als hij de datum van 16‑1‑1619 naar voren schuift (zonder plaats). Het is namelijk op 17‑1‑1619 dat de plechtigheid ter gelegenheid van de doop van Johan Ernst werd gevierd, die op 10‑1, oude stijl, te Siegen had plaatsgevonden (zie Staatsarchief Wiesbaden 170III: graaf Ernst Casimir van Nassau-Diez antwoordt aan zijn broer Johan ‘de Middelste’ van Nassau-Siegen over het huwelijk dat volgde op de recente doop in Siegen «auf nächstabgewichener Kindstauf zu Siegen mit dem Fraulein zu Erbach sein hochzeitliches Beilager gehalten»). Zie ook Koninklijk Huisarchief (4/1591 II): Johan ‘de Middelste’ schrijft op 2‑1‑1619 in Siegen aan zijn dochter Juliana met het verzoek om op de avond van de 16e te komen om op de 17e de bruiloft van Willem bij te wonen. Op 3‑1‑1619 verzoekt Willem persoonlijk de landgraaf van Hessen-Kassel om op de 16e ’s avonds te komen om zijn huwelijk bij te wonen dat «den 17 dieses allhier» zal plaatsvinden. Het is het huwelijkscontract dat werd ondertekend op de 16e, in Siegen.”[5]
- ↑ “Europäische Stammtafeln zegt dat hij op 12‑8‑1592 is geboren, een datum die door Dek (1970) wordt bevestigd, met vermelding van de geboorteplaats. Maar een kennisgeving van de vader uit Siegen van 24 augustus 1592 (zie Staatsarchief Wiesbaden 170III, Korrespondenzen) geeft als datum «13 hujus».”[5]
- ↑ “Zie Menk (1967), p. 57. De auteur stelt vast dat het overlijden plaatsvond in Orsoy (Nederrijn) op donderdag 7/17 juli 1642, tussen een en twee uur ’s middags, en baseert zich op de documenten die zijn aangetroffen in het Koninklijk Huisarchief (IV, 1444): een kennisgeving gericht aan de weduwe vanuit Orsoy op 7/17 juli 1642 («heute den 7/17 disses …») en een overlijdensbericht van een priester uit Kampen («Donnerstag, den 7/17 juli 1642 zwischen 1 u. 2 Uhr nachmittags zu Orsoy …»).”[5]
- ↑ “Europäische Stammtafeln en Dek (1970) schrijven dat hij op 23‑1‑1620 geboren is, wat absoluut onjuist is: zie Staatsarchief Marburg 115, 2, 340, een kennisgeving geadresseerd aan de broer vanuit Siegen op 29‑10‑1619: «diese vergangene Nacht». Een formulier dat is gehecht aan zijn overlijdensbericht bevestigt dit ook: «gebohren den 28ten 8ber intra 9 et 10».”[26]
- ↑ “Zie Staatsarchief Marburg (115, Waldeck, 2). Een kennisgeving gedateerd Siegen op 25‑8‑1623 kondigt het overlijden aan «gestrigen Sonntags (of Montags, de eerste letter, gerectificeerd, is onleesbaar) zu morgen», wat niet overeen lijkt te komen met de verklaring van de genealogen (Europäische Stammtafeln, Dek (1970), etc.) die aangeven dat hij overleed op de 25e. Maar bij deze kennisgeving is een formulier gevoegd waarop staat dat het kind is overleden op 25 augustus «intra 4 et 5». Derhalve moet worden aangenomen dat de opsteller van de kennisgeving een fout heeft gemaakt, die hij heeft trachten te herstellen door één letter van het woord te veranderen, zoals hierboven is vermeld. Aangezien het enerzijds een zondag of een maandag is, en anderzijds een 25‑8, is alleen de datum maandag 25‑8‑1623 oude stijl aanvaardbaar. Volgens de nieuwe stijl viel 25‑8 op een vrijdag en 24 op een donderdag.”[26]
- ↑ “Dek (1970) en Europäische Stammtafeln geven de datum 20‑1, maar een kennisgeving van de geboorte (zie Staatsarchief Marburg 115, 2, 340) gedateerd Siegen 19‑1‑1621 vermeldt dat de geboorte plaatsvond «heute dato».”[26]
- ↑ “Geboren op de 26e bij Europäische Stammtafeln en Dek (1970), maar een kennisgeving van geboorte, gedateerd Siegen 1‑11‑1622, zegt: «jüngsthin den 21. abgelaufenen Monats 8bris». De geboorteplaats moet dus Siegen zijn, waar de ouders tot 1625 woonden (zie Menk (1967)). De inscriptie op de doodskist luidt: «nata XX Octobris MDCXXII ad fontes spadanos» (d.i. Spa, sic!). Zie Leiss (1928), p. 108.”[26]
- ↑ “Zie Staatsarchief Wiesbaden (130II 7826), kennisgeving van overlijden, Spa 20/30‑8‑1647: «heut früe umb halbvier Uhr, alhir zu Spa».”[26]
- ↑ “Deze jonge gravin wordt in geen enkele gedrukte genealogie genoemd. Zij wordt echter wel genoemd in een handgeschreven stamboom, die wordt bewaard in het Koninklijk Huisarchief. De vermelde plaatsen en data worden bevestigd door officiële kennisgevingen (zie Staatsarchief Marburg 115, 2, 340). In de kennisgeving van de geboorte, verzonden vanuit Siegen op 23‑7‑1624, staat dat de gebeurtenis plaatsvond «Samssdagth den 17/27 hujus».”[27]
- ↑ “Geboren op 11‑2‑1626 bij Europäische Stammtafeln I, 117; op 8‑2‑1626 bij Europäische Stammtafeln I, 139 en op 11‑3‑1626 bij Dek (1970). Deze laatste datum wordt bevestigd door een kennisgeving die wordt bewaard in het Staatsarchief Marburg (115, Waldeck, 2) en gedateerd is Emmerik 12‑3‑1626: «gestriges tagks umb zwo Uhren vormittags».”[28]
- ↑ “Zie Staatsarchief Wiesbaden (130II 2183): kennisgeving van overlijden «allhier den 16. dieses früh morgens zwischen 3 und 4 Uhr». De kennisgeving is gedateerd Culemborg, helaas is de datum van verzending moeilijk te lezen: 10/20 of 18/28, waardoor het onmogelijk is met zekerheid de stijl van de overlijdensdatum vast te stellen. Hoffmeister (1883) beweert ten onrechte dat het de nieuwe stijl is. Er is namelijk nog een kennisgeving (bewaard in het Staatsarchief Karlsruhe Abt. 47 Nr. 1410) gedateerd Culemborg op 18‑11 en waarin staat dat de vorstin is overleden «den 16/26 dieses früh morgens zw. 3 u. 4 Uhr». Het is dus 16 o.s.”[28]
- ↑ “Zie Staatsarchief Wiesbaden (170III), uitnodiging uit Culemborg 24‑11‑1643 voor het huwelijk dat gevierd zal worden «nächtskommenden Mittwoch den 29 November alten Kalenders auf meinem Hause». Zie het vorstelijk archief in Schloss Wittgenstein, F. 320 III, kennisgeving gedateerd Culemborg 4‑12‑1643: «am verschienen Mittwoch 29. Novemberbris».”[28]
- ↑ “Zie Dek (1962), p. 83 en 118 (met reproductie van de kennisgeving van geboorte). Zie ook kennisgeving van geboorte in Staatsarchief Marburg (115, Waldeck, 2).”[28] Vreemd genoeg vermelden Dek (1968), p. 276 en Dek (1970), p. 88 de datum 6 maart 1628.
- ↑ “Zie kennisgeving van overlijden in Staatsarchief Marburg (115, Waldeck, 2).”[28]
- ↑ “Ze is zeker niet geboren in 1625, zoals Europäische Stammtafeln beweert. Ze is gedoopt in Heusden op 10‑6‑1629 en waarschijnlijk daar geboren. Er zij echter op gewezen dat Willem van Nassau-Siegen op 31‑5‑1629 vanuit Ortheim aangifte deed van de geboorte van zijn dochter (zie: Staatsarchief Wiesbaden 170III).”[28]
- ↑ “Overleden op 21‑1‑1700 volgens Europäische Stammtafeln I, 117; op 22‑1‑1707 volgens Europäische Stammtafeln I, 139 en Hoffmeister (1883), bevestigd door Dek (1970), met Saalfeld als plaats van overlijden. Maar het overlijden komt noch in januari 1700 noch in januari 1707 voor in de parochieregisters van Saalfeld. Saalfeld moet worden uitgesloten als mogelijke plaats van overlijden. Waldeckischer Helden – und Regenten – Saal, een manuscript geschreven in 1737 door de geheimraad August von Klettenburg en bewaard in het Staatsarchief Marburg, vermeldt dat de vorstin op 21‑1‑1700 te Cuylenborg in Holland is overleden. Het is mogelijk dat zij verward werd met haar schoonzuster Juliana Elisabeth die «Gräfin Cülenborg» genoemd werd en in 1707 overleed, hetgeen een oorzaak van de vergissing schijnt te zijn voor sommige auteurs die, zoals we hebben gezien, de vorstin in dat jaar laten overlijden. Ten slotte wordt in het boek Bau und Kunstdenkmäler, Kreis der Eder beweerd dat zij in Slot Altwillungen is gestorven. Geen van deze beweringen is juist. De overlijdensakte is te vinden in het parochieregister van Hildburghausen, Stadtkirche, deel I, p. 475 R, jaar 1700: «Die Hochgeb. Gräfin u. Frau Wilhelmine Christina Verwittibte Gräfin zu Waldeck Wildungen, gebohrene Gräfin zu Nassau usw. wird aus diesem Hochfürstl. Residence Schlosse, den 22. January seelig Entschlafen, den 27, abendts umb 7 Uhr in Hochansehentlichen Leichenprocess von hier auf bis vors thor Begleithet, und so ferner auf Saaltfeld gebracht worden.»”[28]
- ↑ “Dek (1970): gehuwd in Helsen, voorstad van Arolsen 26‑1‑1660. Dit is een verkeerde interpretatie van de huwelijksakte. Men vindt inderdaad in de parochieregisters van Helsen, de huwelijksakte, maar in deze staat: «1660 den 26 Januar ist der Hochgeborene Graff und Herr, Herr Josias Graff zu Waldeck u. Piermont … mit der Hochgebohrenen Gräfinnen Frewlein Wilhelmine Christina, Frewlein von Nassau, Catzenelnbogen, Vianden u. Diez, uff Arolsen abends umb 7 Uhren copulirt worden». Men vindt de datum 26‑1‑1659 in Europäische Stammtafeln I, 117.”[29]
Referenties
- ↑ a b c d e f g Huberty, et al. (1981), p. 234.
- ↑ a b c d e f g h i j k Dek (1970), p. 87.
- ↑ a b c d e f g Dek (1968), p. 249.
- ↑ a b c d Vorsterman van Oyen (1882), p. 117.
- ↑ a b c d Huberty, et al. (1981), p. 250.
- ↑ Aβmann & Menk (1996).
- ↑ Vorsterman van Oyen (1882), p. 116.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 233.
- ↑ a b c Lück (1981), p. 100.
- ↑ a b c Blok (1911).
- ↑ Poelhekke (1978), p. 264.
- ↑ Poelhekke (1978), p. 381.
- ↑ Koenhein & Heniger (1999), p. 23.
- ↑ a b c Huberty, et al. (1981), p. 247.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 249-250.
- ↑ Lück (1981), p. 128.
- ↑ Muller (1898).
- ↑ Van der Aa (1877), p. 270.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 250, 252.
- ↑ Lück (1981), p. 130.
- ↑ Kooijmans (2000), p. 48.
- ↑ Kooijmans (2000), p. 284.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 272-273.
- ↑ Dek (1970), p. 87-88.
- ↑ Dek (1968), p. 276.
- ↑ a b c d e Huberty, et al. (1981), p. 288.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 288-289.
- ↑ a b c d e f g Huberty, et al. (1981), p. 289.
- ↑ Huberty, et al. (1981), p. 290.
- ↑ Dek (1970), p. 34.