Oxycarenus modestus
De Oxycarenus modestus is een wants uit de onderfamilie Oxycareninae en uit de familie bodemwantsen (Lygaeidae). 'Elzenpropjeswants' is de Nederlandse naam voor deze wants op Waarneming.nl, waar voor alle in de Benelux voorkomende wantsen eenduidige Nederlandse namen zijn ingevoerd.[1][2]
Oxycarenus modestus | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
| |||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||
Oxycarenus modestus (Fallén, 1829) | |||||||||||||||||
Elzenpropjeswants (Oxycarenus modestus) | |||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||
|
Uiterlijk
bewerkenDe kop, het halsschild (pronotum) en schildje (scutellum) zijn zwartbruin. De antenne is donker, alleen een deel van het tweede segment is lichtbruin. Het connexivum (aan de zijkant zichtbare deel achterlijf) is onscherp bruin gevlekt. De voorvleugels met het membraan (het doorschijnende deel) zijn gedeeltelijk witachtig en gedeeltelijk zwart met bruin. De lengte is 3,1 – 4 mm.
Verspreiding en habitat
bewerkenDe elzenpropjeswants komt voor in Europa van Scandinavië tot in het Middellandse Zeegebied (maar hij ontbreekt in Groot-Brittannië) en in Azië.
Leefwijze
bewerkenDe soort leeft op els (Alnus) (zwarte els (Alnus glutinosa), witte els (Alnus incana)) en zuigt aan de zaadknoppen en zaden. Bij uitzondering worden ze ook op de aan de els verwante berk (Betula) gevonden. De imago’s overwinteren in de geopende verhoute katjes (elzenproppen), achter de losse schors, in de strooisellaag of in andere bomen. De paring vindt plaats van april tot in juni. Omdat de eieren gedurende een lange periode gelegd worden, kunnen nimfen van mei tot september waargenomen worden. De eieren worden in de elzenproppen gelegd. Imago’s van de nieuwe generatie zijn er vanaf juli.
-
Paring elzenpropjeswants
-
Paring elzenpropjeswants
-
Paring elzenpropjeswants
-
Paring elzenpropjeswants
Externe link
bewerken- Bron
- (de) Ekkehard Wachmann, Albert Melber, Jürgen Deckert: Wanzen. Band 3: Pentatomomorpha I: Aradoidea (Rindenwanzen), Lygaeoidea (Bodenwanzen u. a.), Pyrrhocoroidea (Feuerwanzen) und Coreoidea (Randwanzen u. a.).
- Referenties