Frederik I van Palts-Simmern
Frederik I de Hunsrücker (26 april 1417 – Simmern, 29 november 1480) was graaf van Sponheim (1444–1480), de eerste vorst van Palts-Simmern (1459–1480) en de stamvader van het gelijknamige vorstenhuis.
Frederik I de Hunsrücker | ||
---|---|---|
Plaats uw zelfgemaakte foto hier | ||
Graaf van Sponheim | ||
Regeerperiode | 1444–1480 | |
Voorganger | Frederik III van Veldenz | |
Opvolger | Johan I | |
Vorst van Palts-Simmern-Zweibrücken | ||
Regeerperiode | 1453–1459 | |
Samen met | Lodewijk I | |
Voorganger | Stefan | |
Vorst van Palts-Simmern | ||
Regeerperiode | 1459–1480 | |
Opvolger | Johan I | |
Huis | Palts-Simmern | |
Vader | Stefan van Palts-Simmern | |
Moeder | Anna van Veldenz | |
Geboren | 26 april 1417 | |
Gestorven | 29 november 1480 Simmern | |
Begraven | Klooster van Ravengiersburg | |
Echtgenote | Margaretha van Egmont | |
Religie | Rooms-katholiek |
Biografie
bewerkenDe verdeling van Simmern-Zweibrücken en Veldenz
bewerkenFrederik was de oudste zoon van paltsgraaf Stefan van Palts-Simmern-Zweibrücken en Anna van Veldenz. Bij de verdeling van de Palts in 1410 had Stefan een aantal gebieden ten westen van de Rijn gekregen, waaronder Simmern, Stromberg en Bolanden. Daarnaast kreeg Stefan het recht om Zweibrücken terug te kopen van de hertog Lotharingen, wat hij in 1416 ook deed. Stefans vorstendom stond bekend als Palts-Simmern-Zweibrücken.
Frederiks moeder, Anna van Veldenz, was de enige dochter van graaf Frederik III van Veldenz. In 1437 erfde Frederik III samen met de markgraaf van Baden het grootste deel van het graafschap Sponhein. Ook de keurvorst van de Palts bezat een deel van Sponheim. Het graafschap Sponheim werd niet verdeeld, maar gezamenlijk bestuurd.
Op 26 december 1438 sloten Stefan en Frederik III van Veldenz een erfverdrag. Stefans oudste zoon Frederik zou Sponheim erven, terwijl Stefans derde zoon Lodewijk I zijn grootvader in het eigenlijke graafschap Veldenz op zou volgen. Op 16 september 1444 vaardige Stefan een oorkonde uit waarin hij vastlegde dat ook Simmern en Zweibrücken onder zijn twee zoons verdeeld moesten worden. Frederik III van Veldenz overleed korte tijd later. Frederik I volgde zijn grootvader direct op als graaf van Sponheim, maar Stefan verenigde het graafschap Veldenz met zijn eigen gebieden en gaf alleen de kleine heerlijkheid Lichtenberg aan Lodewijk.[1]
In 1453 trad Stefan af en droeg de regering over aan zijn zoons. Nadat Stefan in 1459 was overleden werden al zijn gebieden definitief verdeeld. Frederik erfde naast Sponheim zijn vaders de gebieden rond Simmern in de Hunsrück, het amt Stromberg, Bolanden en een aantal dorpen in de Vörderpfalz, zoals Wachenheim en Lambsheim.[2][3][4]
Paltsgraaf van Simmern
bewerkenFrederiks eerste residente was het kasteel van Kastellaun in het achterste graafschap Sponheim. Hiervandaan stuurde hij de verbouwing van het kasteel van Simmern aan, waar hij later zijn hof naartoe verplaatste. In Simmern was ook een munt gevestigd.
Terwijl zijn broer Lodewijk van Zweibrücken in verschillende gewapende conflicten met de keurvorsten van de Palts verwikkeld raakte bleef Frederik neutraal. Wel voerde hij een diplomatieke strijd met de keurvorsten over hun aandeel aan het voorste graafschap Sponheim.
Frederik I was een diepgelovig man die zich direct met het kerkelijke leven in landen bemoeide. Hij streefde naar een hervorming van het kloosterleven volgens de principes van de Moderne Devotie zoals die in het Klooster van Bursfelde waren uitgevoerd. Monniken die weigerden mee te werken liet Frederik uit de kloosters van Sponheim en Ravengiersburg verbannen. In 1478 stichtte Frederik samen Christoffel I van Baden het Klooster van Wolf bij Traben-Trarbach in het achterste graafschap Sponheim.
Frederik overleed in 1480 en werd opgevolgd door Johan I, de enige van zijn zoons die niet tot de geestelijke stand was toegetreden. Frederiks lichaam werd begraven in het Klooster van Ravengiersburg.[2]
Huwelijk en kinderen
bewerkenFrederik trouwde op 16 augustus 1454 met Margaretha (1436–1486), een dochter van dochter hertog Arnold van Gelre en Katharina van Kleef. Ze kregen tien kinderen:
- Catharina (1455–1522), abdis van het Clarissenklooster in Trier
- Stefan (1457–1489), kanunnik in Straatsburg, Mainz, Keulen
- Willem (1458)
- Johan I (1459–1509), paltsgraaf van Simmern
- Frederik (1460–1518), kanunnik in Keulen, Spiers, Trier, Mainz, Maagdenburg en Straatsburg
- Ruprecht (1461–1507), prins-bisschop van Regensburg
- Anna (1465–1517), non in Trier
- Margaretha (1466–1506), non in Trier
- Helena (1467–1555), priores van het Agnietenklooster in Trier
- Willem (1468–1481), kanunnik in Trier
Voorouders
bewerkenVoorouders van Frederik I van Palts-Simmern | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Overgrootouders | Ruprecht II van de Palts (1325-1398) ∞ Beatrix van Sicilië (1326-1365) |
Frederik V van Neurenberg (1333–1398) ∞ Elisabeth van Meißen (1329-1375) |
Hendrik II van Veldenz (–1389) ∞ Loretta van Sponheim (1347-1374) |
Johan I van Nassau-Weilburg (1309-1371) ∞ Johanna van Saarbrücken (?–1381) | ||||
Grootouders | Ruprecht van de Palts (1352-1410) ∞ Elisabeth van Neurenberg (1358-1411) |
Frederik III van Veldenz (–1444) ∞ Margaretha van Nassau-Weilburg (1370-1427) | ||||||
Ouders | Stefan van Palts-Simmern-Zweibrücken (1385-1459) ∞ Anna van Veldenz (1390-1439) | |||||||
Frederik I van Palts-Simmern (1417-1480) |
Noten
bewerken- ↑ (de) R. Volker (1987): 'Ludwig, der Schwarze, von Veldenz' in: in: Neue Deutsche Biographie 15, blz. S. 416. Gearchiveerd op 18 maart 2023.
- ↑ a b (de) W. Dotzauer (2001): Geschichte des Nahe-Hunsrück-Raumes von den Anfängen bis zur Französischen Revolution, Franz Steiner Verlag, Stuttgard, blz. 310-312.
- ↑ B. Müsegades (2016): 'Pfälzische Teilungen', in: Historisches Lexikon Bayerns
- ↑ I. Steverding en B.Studt (2003): 'Pfalz-Veldenz' in: Höfe und Residenzen im spätmittelalterlichen Reich. Ein dynastisch-topographisches Handbuch, Jan Thorbecke Verlag, Ostfildern, blz. 865.