Peristoom (mossen)
Een peristoom of mondbeslag is een onderdeel van een sporenkapsel (sporangium) van veel bladmossen (Bryopsida). Het dient voor het uitstrooien van de sporen nadat bij rijpheid van de sporen het operculum (dekseltje) van de kapselmond is losgekomen.
Voorkomen
bewerkenBij levermossen en hauwmossen en bij basale groepen van de mossen komt geen peristoom voor.
Een peristoom komt voor bij (echte) mossen (Bryophyta) maar komt niet voor bij levermossen (Marchantiophyta) en hauwmossen (Anthocerotophyta). Enkele groepen echte mossen hebben geen peristoom, maar de kapsels openen dan op andere wijze. Een peristoom komt voor bij de meeste bladmossen (Bryopsida), maar bij enkele groepen daarbinnen is het peristoom weer verloren gegaan.
De veenmossen (Sphagnaceae) hebben geen peristoom, maar wel den dekseltje. Bij Tetraphis opent het kapsel bij rijpheid met vier grote tanden die op een peristoom lijken. Bij sommige groepen opent het sporenkasel zich door een lange spleet (bij Takakia en Andreaea), door openscheuren of door het vergaan van het kapsel. Op deze manier komen de sporen vrij.
Bouw
bewerkenIeder peristoom is een krans van driehoekige "tanden", gevormd uit de overblijfselen van dode cellen met verdikte celwanden. Er zijn gewoonlijk 16 van dergelijke tanden in een enkel peristoom, los van elkaar en in staat om zowel naar binnen te vouwen om de stoma te bedekken als naar achteren te vouwen om de stoma te openen. Deze geleding van de tanden wordt arthrodont genoemd en wordt gevonden bij de Bryopsida. In andere groepen mossen is het sporenkapsel nematodont met een dekseltje (zoals bij de Polytrichopsida), of het splijt open en heeft geen dekseltje of peristoomtanden.
Morfologie en anatomie van de Bryophyta[1][2] |
---|
Sporofyt met een peristoom |
|
Een peristoom kan bestaan uit verschillende onderdelen, waarvan de kenmerken van groot belang zijn voor de systematiek en bij de determinatie van de mossen. Er zijn twee subtypes van arthrodontous peristoom. De eerste wordt haplolepide genoemd en bestaat uit een enkele krans van 16 peristoomtanden. Het tweede type is het diplolepide peristoom zoals in subklasse Bryidae. Bij dit type zijn er twee kransen van peristoomtanden: een binnenste endostoom en een exostoom. Het endostoom is een gevoelig membraan en de tanden staan afgewisseld met de tanden van het exostoom. Er zijn een paar mossen bij de Bryopsida die geen peristoom in hun sporenkapsel hebben.
-
Bryum capillare, gedraaid knikmos
-
Tortula subulata met gedraaid peristoom
-
Sematophyllum demissum
In een jong stadium van het kapsel wordt het peristoom bedekt door een operculum (dekseltje). Een uitgegroeid peristoom bestaat uit uit voorperistoom (preperistoom), exostoom en endostoom.
- ↑ Wijk, R. van der (z.j.) Morphology of the Musci. Glossary of botanic terms. Contents, survey of the classified organs, compiled by Prof. Dr. R. v.d. Wijk, Botanisch Laboratorium, Groningen
- ↑ Touw, A & WV Rubers (1989) Flora en verspreidingsatlas van de Nederlandse Musci (Sphagnum uitgezonderd) Stichting Uitgeverij Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging. ISBN 90-5011-027-4
- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Peristome op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.