Lancia bewees op het asfalt de bovenliggende hand te hebben tegenover Audi, maar verloor daarna positie op de onverharde proeven. Hierop kwam de Audi quattro A1 namelijk in zijn element en maakte vooraan in het klassement de pikorde uit met rijders Hannu Mikkola, Stig Blomqvist en Michèle Mouton. Nadat Blomqvist vanwege een technisch probleem moest opgeven, was het Mikkola die zijn tweede opeenvolgende overwinning op naam schreef, terwijl Mouton op minder dan een minuut achterstand als tweede eindigde. Walter Röhrl bleef na zijn leidende positie kwijt te zijn geraakt tijdens dag drie van de rally redelijk in het spoor van de Audi's en completeerde het podium uiteindelijk als derde.