Deze op twee na langste etappe was een etappe voor de sprinters. De vier beklimmingen van vierde categorie lagen vooral aan het begin van de etappe waardoor ze geen belemmering vormden voor de sprintersploegen om een massasprint op te zetten.
De vlucht van de dag kreeg een exotisch trekje omdat de Japanner Yukiya Arashiro er in het gezelschap van Anthony Delaplace en David Moncoutié er kort na de start vandoor gingen en al snel 8 minuten voor het peloton uit reden. Ze hielden stand tot zo'n tien kilometer van de eindstreep. Delaplace en Moncoutié verdeelden de bergpuntjes en Arashiro hield er de prijs van de strijdlust aan over. Het peloton trok massaal naar de eindstreep, maar weer was er een even massale valpartij waarvan dit keer Mark Cavendish en Bradley Wiggins de voornaamste slachtoffers waren. Ze konden echter, zij het enigszins gehavend, de eindmeet bereiken De Lotto-Belisol-trein, bestaande uit Marcel Sieberg, Jürgen Roelandts en Greg Henderson, ontsprong de dans en kon André Greipel comfortabel naar de overwinning loodsen.