Sander van Marion

Nederlands organist en dirigent

Sander van Marion (Scheveningen, 24 september 1938) is een Nederlands componist, organist en dirigent.

Sander van Marion
Sander van Marion
Volledige naam Sander van Marion
Geboren 24 september 1938
Land Vlag van Nederland Nederland
Religie Protestantse Kerk in Nederland
Jaren actief 1956 - heden
Stijl Klassieke muziek
Nevenberoep Dirigent
Instrument Orgel
Leraren Adriaan Engels
http://www.sandervanmarion.nl/
(en) Discogs-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Loopbaan

bewerken

Van Marion gaf zijn eerste orgelconcert op zijn achttiende. Zijn muzikale opleiding kreeg hij aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag bij onder anderen Adriaan Engels. Van Marion werd vaste organist van de Prins Willemkerk (Scheveningen, gesloopt) en later van de Bethelkerk te Scheveningen, waar hij zowel het hoofdorgel van Flentrop als het koororgel van Pels & Van leeuwen bespeelt. Naast organist is Van Marion ook dirigent van mannenkoren en componist. Van Marion bracht ook cd's uit, waarvan er drie Gouden Platen werden. Tevens reisde hij de wereld af en bespeelde het grootste kerkorgel ter wereld in de Dom van Passau en het oudste kerkorgel in Basilique de Valère in Sion. In 2018 maakte hij bekend dat hij zou stoppen met het geven van concerten.[1] Toch gaf Van Marion daarna nog enkele keren orgelconcerten.

Onderscheidingen

bewerken

Discografie

bewerken
  • Improvisations On Romantic Classical Themes
  • Panflute & organ
  • Improvisation
  • Synspiration
  • Unlimeted
  • Bazuin briljant
  • Gloria in excelsis deo
  • The promise of Christmas
  • Sander van Marion improviseert
  • Kleurrijke improvisaties
  • Colourful Music
  • Improviseert Uit Het Hart

Bladmuziek

bewerken
  • In Christus is noch west noch oost
  • Blijf mij nabij
  • Holy, Holy, Holy
  • Wat God doet, dat is welgedaan
  • O Heer, die onze Vader zijt
  • Psalm 138
  • Loof de Koning, heel mijn wezen
  • Wip wap faldera (tekst van Inge Lievaart)
  • Liefde is het meeste (tekst van Hans Bouma)
bewerken