Tealliet
Het mineraal tealliet is een lood-tin-sulfide met de chemische formule PbSnS2. Het vormt een mengreeks met herzenbergiet (Sn,Pb)SnS2).
Tealliet | ||||
---|---|---|---|---|
Mineraal | ||||
Chemische formule | PbSnS2 | |||
Tweelingen | Enkel zichtbaar in gepolijste stukken | |||
Kleur | Loodgrijs, ijzergrijs, grijszwart; soms iriserend | |||
Streepkleur | Zwart | |||
Hardheid | 1,5-2 mohs | |||
Gemiddelde dichtheid | 6,36 kg/dm3 | |||
Glans | Metaalglans | |||
Opaciteit | Opaak | |||
Breuk | Elastisch | |||
Splijting | [001] Perfect, lamellair | |||
Habitus | Gewoonlijk massief, soms plaatvormig/tabulair [001]. Kristallen soms gebogen. | |||
Kristaloptiek | ||||
Ruimtegroep | Pnma | |||
Eenheidscel | a = 4,266 Å, b = 11,419 Å, c = 4,09 Å, Z = 2 | |||
Bijzondere kenmerken | Ductiel, flexibel | |||
Lijst van mineralen | ||||
|
Eigenschappen
bewerkenHet donkergrijze tealliet heeft een metaalglans en een zwarte streepkleur. Het kristalstelsel is orthorombisch-dipyramidaal en de splijting is perfect langs kristalvlak [001]. Gezien de –soms– plaatvormige habitus van tealliet volgens [001], is de splijting lamellair. Eventuele tweelingen van tealliet zijn enkel te herkennen op gepolijste secties. De gemiddelde dichtheid is 6,36 en de hardheid is 1,5 à 2.
Opvallend is de ductiliteit en flexibiliteit van tealliet: het mineraal is bewerkbaar en toont een zekere vorm van elasticiteit.
Naam
bewerkenTealliet is vernoemd naar de Britse geoloog Jethro Justinian Harris Teall (1849-1924), voormalige ‘’president’’ van de Geological Society of London en van de ‘’Geological Survey of Great Britain and Ireland’’.
Voorkomen
bewerkenTealliet komt voor in hydrothermale aders, rijk aan tin. Occasioneel is tealliet een belangrijk tinerts.
De typelocaties van tealliet zijn de Santa Rosa-zilvermijnen in Antequera in Bolivia.