Toen de Clypse Course in 1954 in gebruik werd genomen, moesten de wegen op een aantal plaatsen worden aangepast, vooral om de bredere zijspancombinaties ruimte nodig hadden. Dat gebeurde ook op de A18 Bemagahue Road. Op het landgoed Bemahague werden bomen gekapt.
The Nook ligt 400 meter voorbij de bocht Bedstead Corner en de weg loopt bergaf. De coureurs draaien bij The Nook een parallelweggetje (de voormalige Bemahague Road die tegenwoordig niet meer in gebruik is) op en daardoor moeten ze een krappe bocht naar rechts gevolgd door een bocht naar links maken. Harold Daniell, die in 1950 twintig jaar ervaring op Man had, noemde dit stuk "a nasty bumpy affair". De coureurs moeten vrij hard remmen voor the Nook. Soms gaat dat niet goed en in het verleden reden coureurs soms tegen het hoge talud in de buitenbocht aan. Een enkele keer gebruikte iemand dit talud al of niet opzettelijk om de bocht toch nog te kunnen halen. Dat gebeurde in de Manx Grand Prix van 1934, toen Austin Munks in gevecht was met John "Crasher" White. Hij zag White het talud oprijden en besefte dat hij waarschijnlijk bovenop hem zou vallen. Hij vertelde later: "Gelukkig was ik al onder hem door gereden toen hij besloot op aarde terug te keren." Munks kon naar de finish rijden, maar daar stopte White naast hem, teleurgesteld omdat hij niet gewonnen had.
Bij the Nook passeren de coureurs de 37e mijlpaal van de Mountain Course en meteen daarna ligt aan de linkerkant voormalige landgoed van de gouverneur van Man, dat in het verleden de naam "Bemahague" droeg. De weg loopt onder bomen door en maakt een S-bocht, maar de coureurs moeten toch zo veel mogelijk links blijven om aan te kunnen remmen voor de volgende haarspeldbocht naar rechts: Governor's Bridge.