Vijgenwespen
familie uit de superfamilie bronswespen
De vijgenwespen[1] (Agaonidae) vormen een familie binnen de orde der vliesvleugeligen (Hymenoptera).
Vijgenwespen | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
De gewone vijgenwesp (Blastophaga psenes) | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Familie | |||||||||||||
Agaonidae Walker, 1848 | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Vijgenwespen op Wikispecies | |||||||||||||
|
Kenmerken
bewerkenDeze wespen hebben een zwart lichaam en transparante vleugels. De gevleugelde vrouwtjes zijn niet groter dan 3 mm. De mannetjes zijn ongevleugeld.
Leefwijze
bewerkenDe vrouwtjes leven in symbiose met vijgenbomen. Ze kruipen in vijgen, die binnenin bekleed zijn met bloempjes, en bestuiven de bloemen.
Voortplanting en ontwikkeling
bewerkenDe eitjes worden afgezet in vijgen. De larven ontwikkelen zich in de vijg en als ze eenmaal volwassen zijn, worden de vrouwtjes door de mannetjes bevrucht, die dan op zoek gaan naar een nieuwe boom.
Verspreiding en leefgebied
bewerkenDeze familie komt voor in tropische en subtropische gebieden op vijgenbomen.
Geslachten
bewerken(Indicatie van aantallen soorten per geslacht tussen haakjes)
- Agaon Dalman, 1818 (11)
- Alfonsiella Waterston, 1920 (8)
- Allotriozoon Grandi, 1916 (3)
- Blastophaga Gravenhorst, 1829 (11)
- Ceratosolen Mayr, 1885 (69)
- Courtella Kieffer, 1912 (13)
- Deilagaon Wiebes, 1977 (4)
- Dolichoris Hill, 1967 (10)
- Elisabethiella Grandi, 1928 (14)
- Eupristina Saunders, 1882 (18)
- Kradibia Saunders, 1883 (43)
- Nigeriella Wiebes, 1974 (5)
- Paragaon Joseph, 1959 (2)
- Pegoscapus Cameron, 1906 (49)
- Platyscapa Motschulsky, 1863 (19)
- Pleistodontes Saunders, 1882 (26)
- Tetrapus Mayr, 1885 (8)
- Valisia Wiebes, 1993 (16)
- Waterstoniella Grandi, 1922 (20)
- Wiebesia Boucek, 1988 (18)
Bronnen, noten en/of referenties
- David Burnie (2001) - Animals, Dorling Kindersley Limited, London. ISBN 90-18-01564-4 (naar het Nederlands vertaald door Jaap Bouwman en Henk J. Nieuwenkamp).