Zadelrugtamarins
geslacht van de familie klauwaapjes
De zadelrugtamarins (Leontocebus) zijn een geslacht van zoogdieren uit de familie van de klauwaapjes (Callitrichidae). De wetenschappelijke naam van het geslacht werd in 1840 gepubliceerd door Johann Andreas Wagner.[1]
Zadelrugtamarins | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Weddells zadelrugtamarin (Leontocebus weddelli weddelli) | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Geslacht | |||||||||||||
Leontocebus Wagner, 1840 | |||||||||||||
Typesoort | |||||||||||||
Midas leoninus E. Geoffroy Saint-Hilaire, 1812 (= Leontopithecus fuscus Lesson, 1840) | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
|
Taxonomie
bewerkenDit geslacht bestaat uit tien soorten.[1]
- Leontocebus cruzlimai
- Leontocebus fuscicollis – Bruinrugtamarin
- Leontocebus fuscicollis fuscicollis
- Leontocebus fuscicollis avilapiresi
- Leontocebus fuscicollis mura
- Leontocebus fuscicollis primitivus
- Leontocebus fuscus – Lessons zadelrugtamarin
- Leontocebus illigeri – Illigers zadelrugtamarin
- Leontocebus lagonotus – Roodmantelzadelrugtamarin
- Leontocebus leucogenys – Andeszadelrugtamarin
- Leontocebus nigricollis – Zwartrugtamarin
- Leontocebus nigricollis nigricollis
- Leontocebus nigricollis graellsi – Rio Napotamarin
- Leontocebus nigricollis hernandezi
- Leontocebus nigrifrons – Geoffroys zadelrugtamarin
- Leontocebus tripartitus – Goudmanteltamarin
- Leontocebus weddelli – Weddells zadelrugtamarin
- Leontocebus weddelli weddelli
- Leontocebus weddelli crandalli
- Leontocebus weddelli melanoleucus – Witte tamarin
Vroeger werden deze soorten tot het geslacht Saguinus gerekend, maar ze zijn verschillend genoeg voor een eigen geslacht.[1]
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑ a b c Rylands, A. B., Heymann, E. W., Lynch Alfaro, J., Buckner, J. C., Roos, C., Matauschek, C., Boubli, J. P., Sampaio, R., & Mittermeier, R. A. (2016). Taxonomic review of the New World tamarins (Primates: Callitrichidae). Zoological Journal of the Linnean Society 177 (4): 1003–1028.DOI:10.1111/zoj.12386