Polycotylinae
De Polycotylinae zijn een groep Plesiosauria.
In 2007 definieerde Lynn Albright een klade Polycotylinae als de groep bestaande uit Polycotylus latipinnis en alle soorten nauwer verwant aan P. latipinnis dan aan Edgarosaurus muddi, Plesiopleurodon wellesi of Thililua longicollis. Omdat de kladenaam de uitgang werd gegeven van een "onderfamilie" is Samuel Wendell Williston de formele naamgever.
De groep bestaat uit korthalzige Polycotylidae met lange snuiten uit het Opperkrijt van voornamelijk Noord-Amerika. Ze hadden zich al afgesplitst in het Cenomanien en stierven uit aan het eind van het Krijt.
Verschillende synapomorfieën, gedeelde nieuwe kenmerken, zijn aangegeven. Het jukbeen is verkort zodat het eindigt nabij de achterrand van de oogkas. Het slaapvenster is kort, 19% of minder van de schedellengte beslaand. Het squamosum reikt naar voren tot aan de postorbitale beenbalk. Het parasfenoïde mist een kiel op de middenlijn. De voorste holte tussen de pterygoïden is breed, op het midden van de holte minstens gelijk aan een derde van de gecombineerde breedte van de pterygoïden. Bij de staartwervels liggen de chevronfacetten gelijkelijk op de, voorliggende en achterliggende, wervels die ze overspannen. Het ravenbeksbeen wordt doorboord door foramina. Het foramen tussen de beenderen van de onderarm en het onderbeen is kort, met een lengte minder dan de helft van de totale lengte van die beenderen.
Het volgende kladogram toont de positie in de evolutionaire stamboom.
Leptocleidia |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Literatuur
bewerken- Albright, L.B., Gillette, D.D. & Titus, A.L. 2007. "Plesiosaurs from the Upper Cretaceous (Cenomanian-Turonian) Tropic shale of southern Utah, part 2: Polycotylidae". Journal of Vertebrate Paleontology 27: 41-58